Soms bewaart men de leukste dingen wel eens tot op het laatst. Op deze finale Graspopdag stonden namelijk nog enkele ferme kleppers geprogrammeerd. Eentje die ook afscheid kwam nemen, maar achteraf bekeken dan ook weer niet. En eindelijk zagen we op deze vierde dag ook eens die grote gouden bol aan de hemel. Pech voor diegenen die nog steeds hardnekkig vasthielden aan hun regentenue, want het werd een stralende en heel erg goeie metalen slotdag. De apotheose van een schitterende maar natte Graspop Metal Meeting 2016 waar alle records sneuvelden en waar zelden zoveel kameraadschap en gelijkgezindheid te zien was als hier. In een anders verrotte wereld een heerlijk lichtpunt. Wat wij van de zondag vonden kan je hier lezen.
Delain – Mainstage 2 (12.10 – 12.50)
Dat de zondag mooi zou beginnen, stond al op voorhand vast. Met twee bevallige muzikantes in de band zou het oog alvast verwend worden. Dat de zon op deze slotdag ook van de partij was, maakte alles alleen maar aangenamer. De drassige grond namen we er dan maar met plezier bij. Delain dus, één van de vele Nederlandse femalefrontedbands die aan een gestage opmars bezig zijn. De band brengt melodieuze metal, met sterke vrouwelijke vocalen van de wondermooie Charlotte Wessels en had zin om vanaf minuut één een leuk feestje te houden. De formatie kwam heel professioneel over, ze weten duidelijk waar ze mee bezig zijn en ook waar ze naartoe willen. Ook de vrouwelijke gitariste weet van aanpakken en staat haar persoontje tussen de mannelijke muzikanten. Suckerpunch, We are the Others en Army of Dolls zijn duidelijk al bij veel metalheads gekend en worden goed onthaald. De band laat zich de attentie welgevallen en laat de appreciatie naar het publiek ook duidelijk blijken. Een leuke opener van deze laatste festivaldag dus en wellicht zien we deze sympathieke Nederlanders nog wel vaker in Dessel terug. (JC)
In the Woods – Marquee (12.55 – 13.40)
Vorig jaar had ik nog nooit van In the Woods… gehoord, maar dankzij een heruitgave van hun drie albums uit de jaren ’90 was dit misschien wel de band waar ik op zondag het meest naar uitkeek. Ze maakten deel uit van de beginjaren van de Noorse black metal, maar gaven er al heel snel een eigen invulling aan door het gebruik van meer keyboards, zuivere zang, vrouwenzang, progressievere nummers met een doom invloed,… Kortom: vijfentwintig jaar later zijn al deze zaken wellicht meer ingeburgerd, maar dat betekent niet dat deze nummers gedateerd aandoen, integendeel. Op dit vroege uur stond er echter nog maar weinig volk in de Marquee. Om een idee te geven van het aantal aanwezigen: terwijl de eerste tonen weerklonken, liep ik moeiteloos van achteraan de tent tot het midden van de eerste rij. Daar was het volop genieten geblazen van opener Yearning the Seeds of a New Dimension: echt fan van de zuivere zanglijnen ga ik niet worden, maar van zodra de zanger (die echter niet de originele zanger is) aan het krijsen slaat en die gitaren en drum aan het loodzware sloopwerk beginnen, is het hek van de dam… Bassist C.M. Botteri stond overigens zichtbaar te genieten, en was voortdurend bezig de fans aan te vuren middels een opgestoken duim, al was het toch vooral die brede grijns die heel aanstekelijk werkte. Wat mij betreft mag Graspop nog meer van dit soort buitenbeentjes boeken, want zij zijn het die voor de verrassingen kunnen zorgen. (PV)
Sick Of It All – Mainstage 1 (13.00 – 13.45)
Doordat Architects door familiale problemen verstek gaf voor deze eenentwintigste editie van Graspop mocht Sick Of It All het komen vervangen. De band zelf vertelde dat ze werden opgebeld om op hun vrije dag in te vallen voor een cancel. Maar waar fans zijn van Sick Of It All, komt de band naartoe, dus zo geschiedde. Dat dit om één uur ’s middags moest, vonden ze onmenselijk vroeg, maar door er samen een feestje van te maken, zou het hen wel lukken.
Wat volgde, was een memorabele hardcoreshow aan de Mainstage. Want dit ga je niet meer meemaken, of ze moeten nog eens ter vervanging komen opdraven. Normaal speelt de band laat op de festivals, daar ze echt een gevestigde waarde zijn binnen de scene. Dat was ook aan de opkomst te zien, want het stond al goed vol voor één van de eerste shows van dag drie. En terecht, want de Amerikanen leverden een prachtige show af.
Met alle klassiekers vertegenwoordigd, was het weer puur genieten. Het feit dat zowel nummers van het eerste album Blood, Sweat and No Tears, als het jongste album The Last Act Of Defiance, aan bod kwamen, toont de kracht van de band. Vanaf het begin heeft Sick Of It All niet in power of kracht ingeboet en dat is te voelen tijdens zo’n liveshow. Dat was nog eens fijn wakker worden! (Bjorn)
Overkill – Mainstage 2 (13.55 – 14.40)
Overkill is zo’n band die overal ter wereld zijn vaste en hondstrouwe fans heeft. Al van heel vroeg op de dag spotte je overal het gifgroene bandlogo, dat zich traag maar gestaag richting hoofdpodium baande. Overkill is ook een band waar je voor of tegen bent, en dat ligt dan vooral aan de zang van New Yorker Bobby Elsworth, die heel typische vocalen produceert. Ik behoor tot de eerste categorie en volg de mannen al sinds het debuut Feel the Fire, waaruit vandaag ook weer de nodige tracks aan bod kwamen. Live overtuigt deze band altijd, ook nu weer. De stoere powerthrash sloeg meteen aan en de songs werden mee gescandeerd door de fanbase. Blitz leek in goeie vorm en heeft nog steeds de présence van in de grote dagen. Het waren vooral publieksfavorieten als Rotten to the Core, Hammerhead, Hello from the Gutter en de cover, maar intussen tot eigen nummer gemaakt, Fuck You, die de meute tot moshen en bangen bewogen. Hele sterke set en een groot teken van appreciatie naar deze Amerikanen toe om hen deze keer op het hoofdpodium te zetten. Deze mannen horen daar gewoon thuis. Elke keer. (JC)
Enthroned – Marquee (14.15 – 15.00)
Een mager gevulde Marquee was getuige van het Enthroned concert. Zij die er niet bij waren hadden ongelijk want Enthroned zette hier een dijk van een concert neer. De bandleden maalden totaal niet om de magere opkomst en speelden de ziel uit hun lijf. Hun fantastisch gecorpsepainte facades spraken boekdelen bij nummers als Through The Corte of Tellvm Scorpionis. Afsluiten deden ze met Of Feathers and Flames uit hun jongste Sovereigns. (BVG)
Thy Art Is Murder – Jupiler Stage (14.55 – 15.35)
Het viel mij op dat er voor deze editie weinig deathcorebands geprogrammeerd stonden. Een graag geziene gast, Thy Art Is Murder, mocht wel nog eens terugkeren. Drie van de laatste vier edities was de Australische band aanwezig. Ditmaal zonder Chris CJ McMahon, frontman en dus ook gezicht van de band. De vorige keer dat ik de Aussies aan het werk zag, was het ook al zonder hem, en was het echt abominabel. Als die-hardfan ging ik dan ook met een bang hartje naar de Jupiler Stage.
Ditmaal zonder Nick Arthur als vervanger van CJ, gelukkig maar. Voor deze tournee had de band Lochlan Watt geselecteerd, die blij was voor de eerste keer op Europees grondgebied te staan. Het was nog niet perfect, helemaal niet, maar er was toch beterschap te melden ten opzichte van het concert tijdens de Impericon Tour Of The Year. Watt is in tegenstelling tot Arthur geen podiumbeest die het publiek vraagt om continu te springen of te klappen. Neen, Watt is wat terughoudender en begeeft zich wat meer op de achtergrond. Hij focust zich op zijn vocals, wat de breakdowns meermaals ten goede is gekomen. Al ging de man tijdens Reign Of Darkness, dé vocalbreakdown van Thy Art Is Murder, helemaal de mist in. Veel te vroeg ingezet waardoor de gitaristen een beetje verdwaald naar elkaar keken.
Toch zie ik veel potentieel in Lochlan, die zich momenteel, zoals hij ook doet, het best focust op zijn vocals. Ze zijn immers zo belangrijk qua timing dat de show begrijpelijk achterwege werd gelaten. CJ was ook niet zo’n podiumbeest, maar had wel de perfecte vocal, altijd weer opnieuw… Benieuwd of Lochlan de volgende keer progressie kan boeken. (Bjorn)
Saxon – Mainstage 2 (15.45 – 16.45)
Saxon, nog zo’n band met een haast jaarlijks abonnement op Graspop. Graag geziene mensen bij de organisatie dus. Maar ook bij het publiek. Terecht ook dat Biff en kornuiten deze keer weer op het grote podium mochten aantreden. En meteen bleek dat de Engelse veteranen er heel, maar dan ook heel veel zin in hadden. Er werd afgetrapt met Battering Ram, terwijl de mannen van Raven naast me respectvol en wellicht ook wel wat jaloers, stonden mee te kijken. Motorcycle Man, 20.000 Feet, Power and the Glory volgden. De oude songs zorgden voor ongeziene taferelen en Biff besloot dat de setlist van die dag dan ook maar vernietigd en opgepeuzeld moest worden. Het publiek mocht voortaan de songkeuze bepalen. Yeah right. Vervolgens kregen we een ‘best of’ met onder meer Dogs of War, Wheels of Steel, Crusader, And the Bands Played on, Denim and Leather en Princess of the Night te horen. Een heerlijk concert van een heerlijke band. Nog een geluk dat hierover nog geen pensioen-geruchten circuleren. Deze ouwe rotten kunnen gewoon nog jaren mee. En daar zijn wij, en gans Graspop met ons, heel blij mee. (JC)
Obscura – Metal Dome (15.45 – 16.30)
Voor een potje technical death metal moest je omstreeks kwart voor vier zondagmiddag in de Metal Dome zijn. Dit Duits viertal brengt hun metal gestoeld op de Death-leest. Hun concert is een spannende tocht doorheen hun vier albums, met op de voorgrond hun laatste Akróasis. Aan de reactie van het publiek te zien op de nummers op dit laatste album merk je dat de Duitsers aan een flinke opmars bezig zijn. Obscura gaat als een razende tekeer met de precisie van een snipergeweer met de slagkracht van een BFG-9000 (Google dit maar eens). Graspop, graag meer van dit! (BVG)
Bury Tomorrow – Jupiler Stage (16.40 – 17.20)
Met wat mij betreft het beste album van dit jaar tot dusver onder de arm, Earthbound, kon deze eerste passage van Bury Tomorrow niet anders dan er bonk op zijn. Op haar nieuwste album is een band te horen die alles perfect in evenwicht heeft. Tonnen agressie worden zonder problemen in combinatie gebracht met zeemzoete zangstukken en commerciëlere refreinen. Ik was benieuwd of deze combinatie ook de Graspoppers zou overtuigen.
Er stond enorm veel publiek aan de Jupiler Stage, misschien niet allemaal goed wetend wat er stond te gebeuren. Veel toeschouwers probeerden te genieten van de groene grasweide, iets wat op de rest van het terrein een schaars goed geworden was. Ook zij die de band helemaal niet kenden, luisterden geïnteresseerd naar een genre dat misschien vaak een doorn in het oog is/was.
Bury Tomorrow weet metalcore op een andere manier te brengen. Nog steeds met de nodige agressie en intensiteit, toch weten de Britten ook met technisch hoogstaande gitaarstukken uit te pakken. En gitaren zijn iets wat de Graspopper altijd weet te appreciëren. Met Earthbound had de band net dat tikkeltje meer techniciteit aan te bieden, iets wat gretig in ontvangst werd genomen in Dessel.
Naast al die hoogstaande nummers, had de band nog ruimte gelaten voor de wat stevigere nummers. Ook deze zorgden bij het publiek voor een ander sfeertje en zeker in de pit was het “aangenaam” vertoeven. Zo ging de circle-pit tijdens de show van Bury Tomorrow zonder problemen rond de geluidstoren, iets wat de band altijd probeert en meestal in slaagt.
Wow, wat een prachtige show. Bury Tomorrow bewijst dat het echt met recht en rede op Graspop mocht staan. Het publiek, metal- en hardcorefans hadden een zwaar feestje aan de Jupiler Stage. Het zou me niets verbazen als ze hen volgend jaar opnieuw boeken om het nog eens over te komen doen op de Mainstage. (Bjorn)
Tremonti – Mainstage 1 (16.55 – 17.45)
Dat we door Mark Tremonti altijd verwend worden, dat weet iedereen ondertussen al wel. Naast zijn werk voor Creed en Alter Bridge heeft hij ook een soloproject, genaamd… Tremonti. Hiermee mocht hij gedurende vijftig minuten het publiek komen plezieren, en er bestond geen enkele twijfel over: ze waren een grote publieksfavoriet. Want als Flying Monkeys en Radical Change luidkeels meegezongen worden door de talrijke aanwezigen, dan ben je goed bezig. (SS)
Legion of the Damned – Marquee (17.00 – 17.50)
Het Nederlandse thrashvlaggenschip Legion of the Damned is niet een band die heel veel optreedt. Maar als ze het doen, dan maken ze er meteen ook maar iets speciaals van. Voor deze gelegenheid besloten de thrashers het volledige debuutalbum Malevolent Rapture door de molen te halen. En meteen werd er gestart met het lijflied Legion of the Damned. Een statement dat even bleef nazinderen. We weten allemaal dat de muziek die deze bruten spelen, heel heftig en intens is. Maar of het nu een goeie zaak is om een volledig album te brengen… dat weet ik nu ook weer niet. Leuk voor de echte fans van die plaat, maar de modale en neutrale liefhebber heeft misschien al eens liever wat meer afwisseling uit de andere albums ook. Ik vond het boeiend voor een aantal songs, maar daarna was de pret er wat af en besloot ik de achtergrond op te zoeken om wat in te pilsen voor wat nog moest volgen. Ik ben wel benieuwd naar de herkansing. Na het optreden werd LOTD namelijk bevestigd voor het Evil or Die fest later dit jaar. (JC)
Steak Number Eight – Marquee (18.30 – 19.20)
Op hun drieëntwintigste levensjaar is het voor de jongens van Steak Number Eight al bijna routine geworden om op Graspop het beste van zichzelf te geven: dit was maar liefst al hun vierde passage, en dat hoeft zeker niet het laatste te zijn. De setlist putte vooral uit het vorig jaar verschenen Kosmokoma, en het was door deze nummers nu live te horen dat ze voor mij pas echt tot hun recht kwamen. Dat komt in de eerste plaats door de totale overgave en energie waarmee de bandleden op het podium stonden, en die moeiteloos op het publiek wisten over te brengen. Al was ik in de eerste plaats toch nog altijd onder de indruk van The Sea Is Dying: de beklijvende manier waarop dit live gebracht werd, was een absoluut hoogtepunt van dit hele Graspopweekend. Van deze loodzware sleper werd echter moeiteloos overgestapt naar nummers die toch wat meer up-tempo zijn, zoals het aanstekelijke Dickhead dat even later de hele tent in lichterlaaie zette. Op het einde besloot zanger Brent Vanneste nog even het publiek in te duiken, ondertussen zijn longen uit het lijf schreeuwend. Daarna groetten de bandleden voldaan het publiek, badend in het zweet, alsof ze zelf amper konden geloven wat hier net gebeurd was. Zo hebben we onze muzikanten graag: spelend alsof hun (en ons) leven er van afhangt. En misschien doet het dat ook wel. (PV)
La Muerte – Metal Dome (19.20 – 20.10)
Meest vreemde eend op de affiche van Graspop 2016 is zonder meer La Muerte. Deze knakkers zijn sinds 1983 bezig met hun muziek, maar raakten om onbekende redenen kant noch wal in België. Daar lijkt tegenwoordig flink verandering in te komen gezien hun steeds regelmatiger wordende concerten in België. Daarom vonden wij het nodig om La Muerte een keertje te ervaren. Ervaren is het juiste woord, want muzikaal betekent dit een ware rollercoaster/nachtmerrie van brullende gitaren en loodzware riffs, die dan weer worden afgewisseld met bekend klinkende deuntjes die dan weer vakkundig verkracht worden, La Muerte stijl. Enkel jammer dat hun V8 motor in geen velden of wegen te bespeuren viel op de bühne. (BVG)
Powerwolf – Mainstage 2 (17.55 – 18.45)
De mannen van Powerwolf zijn intussen uitgegroeid tot een fenomeen. De band wordt op veel festivals geboekt, staat er elk jaar opnieuw wel weer een stapje hoger en heeft succesvolle headlinertours achter de rug. Het succes lacht de geschminkte wolven dus toe. Maar ik weet niet of de band hier vandaag op het grote podium veel nieuwe zieltjes gewonnen zal hebben. Ik vond dit gewoon de slapste vertoning die ik al van Powerwolf gezien heb, en veel omstaanders deelden dezelfde mening. Zelfs hoongelach was hun deel. Misschien past deze band gewoon beter in een zaal of in de tent. Nu kwam het ongeloofwaardig en ongeïnspireerd over. Ook zanger Attila Dorn was minder in vorm en kon zijn evangelie maar moeilijk overbrengen. Songs als Amen and Attack, Blessed and Possessed en We Drink Your Blood hebben we dan ook al veel beter horen klinken. Ook deze band verwijs ik naar de herkansingen later dit jaar. (JC)
Anthrax – Mainstage 1 (18.55 – 19.50)
Anthrax vormt al jaar en dag een onderdeel van de zogenaamde Big Four en ik ben ook altijd wel fan gebleven van deze New Yorkse thrashformatie. Recent nog zag ik ze een hele goeie set spelen ergens in Leffinge, in een kleine zaal, maar de jongens gaven zich toen volledig. Nu kregen ze een volledige weide voor zich, die misschien al wat metaalmoeheid begon te vertonen na vier dagen intensief feesten. Ik was er nochtans nog steeds volledig klaar voor, maar bleef maar op mijn honger zitten. Ik vind Anthrax zo’n band, die op de festivals alle golden oldies uit de kast moet trekken en kan zorgen voor een heel groot feest. Nu lag de nadruk echter vooral op het meer recente werk en bracht de band onder andere Evil Twin, You Gotta Believe, Fight ‘em till You can’t Fight no More, Breathing Lightning,… Niet slecht natuurlijk, en de band wil terecht een nieuw album promoten, maar hier zat niemand op te wachten. Eerlijk gezegd, de verveling sloeg toe, en daar konden krakers als Caught in a Mosh, Indians of de tot vervelens toe gebrachte covers Got the Time en Anti-Social ook niet veel meer aan veranderen. De zondag leek wel de dag van de gemiste kansen te gaan worden op die manier. (JC)
Trivium – Mainstage 2 (20.00 – 20.50)
Een andere grote naam op zondag was Trivium. De band rond zanger en leadgitarist Matt Heafy bracht verleden jaar Silence In The Snow uit, en met die plaat onder de arm kwam ze de aanwezigen al voor de tweede keer deze editie omver blazen. Op donderdag speelde Trivium immers ook al als surprise act in de Marquee. De setlist op zondag bevatte enkele tracks van het nieuwste plaatje, maar ook oude krakers als In Waves werden gespeeld. De band maakte van de gelegenheid ook gebruik om iedereen een hart onder de riem te steken met alle aanslagen van tegenwoordig, wat met oorverdovend applaus onthaald werd. (SS)
Iron Maiden – Mainstage 1 (21.05 – 23.05)
Iron Maiden leidde zichzelf in met een cartoonesk filmpje waarop we zagen hoe hun Boeing ‘Ed Force One’ ternauwernood kon opstijgen uit de Zuid-Amerikaanse jungle, maar waarbij ze een handje hulp kregen van hun mascotte Eddie. Sindsdien vliegen ze dus de wereld rond met hun Book of Souls tour, en gelukkig voor ons maakten ze ook een tussenstop op Graspop. Dat ze tijdens hun twee uur durende show vooral dit nieuwe album kwamen voorstellen, werd al heel snel duidelijk. If Eternity Should Fail en Speed of Light waren slechts het voorspel. Daarna gingen we heel even terug in de tijd met Children of the Damned, waarna Tears of a Clown en The Red and the Black volgden. En al werden deze nummers knap uitgevoerd, toch merkte je dat het publiek wat op zijn honger bleef zitten en deze nieuwe nummers niet door iedereen even goed gesmaakt werden. Met The Trooper volgde dan ook een geweldige ontlading, hoewel niet veel later het enthousiasme weer enigszins getemperd werd door alweer enkele nieuwe nummers. Al moet het gezegd: het enthousiasme van Bruce Dickinson is nog steeds fenomenaal, op het podium gaat hij nog steeds als een maniak te keer. En Iron Maiden zou Iron Maiden niet zijn zonder enkele toneelstukjes, waarbij bijvoorbeeld een enorme Eddie zijn hart verliest aan Bruce Dickinson. Ondertussen gleed The Book of Souls bijna ongemerkt voorbij, maar niemand die dat heel erg vond.
Het is immers wel vaker opgemerkt: de meest recente albums van Iron Maiden weten niet meer hetzelfde enthousiasme los te weken als hun klassiekers. Zelf kunnen we deze wel smaken, maar misschien zijn ze gewoon iets minder geschikt om een hele massa op sleeptouw te nemen. Dit alles werd al snel duidelijk in de tweede helft van dit optreden, waarbij uit duizenden kelen werd meegezongen met Hallowed Be They Name en Fear of the Dark. Vlak voor de bisnummers werd traditioneel Iron Maiden gespeeld, en als toemaatje kregen we eerst nog The Number of the Beast. Het slot van dit optreden was dan ook de reden waarvoor de meesten naar dit optreden gekomen werden, en Graspop op zijn grondvesten deed daveren. Deze klassiekers zijn dan ook gewoon onweerstaanbaar als ze door duizenden meegezongen worden, en geven na al die jaren nog steeds betekenis aan het woord ‘episch’. Maar een goeie show weet ook een minder evident nummer tot een grote hoogte te verheffen, en dat was in dit geval Blood Brothers. Met Wasted Years kregen we nog een definitieve afsluiter, en al voelde je zeker in de eerste helft van dit optreden wel eens enkele zuchten in je nek, dit optreden was voorwaar geen verspilde tijd! (PV)
Behemoth – Marquee (23.00 – 00.15)
Een mens moet keuzes maken in het leven. Ik twijfelde voordien nog heel hard tussen Twisted Sister en deze Polen, maar intussen wist ik stiekem al dat de Amerikanen deze zomer nog zouden terugkomen naar het Alcatraz festival. Dus was de keuze snel gemaakt. Richting Marquee dus, waar Behemoth voor één van de beste shows van het ganse weekend zou zorgen. They saved the best for last, of zoiets. Ooit, vroeger, had je nog van die bands die een mens angst konden aanjagen. Metal had iets gevaarlijks, iets dreigends, iets boosaardigs. Dat is er enigszins ook altijd wel ergens gebleven, maar door de mainstreambeweging ebde dit ook wel wat weg. Wel, beste mensen, Behemoth is nog eens zo’n band die ik niet gauw aan mijn kinderen ga laten horen voor ze moeten gaan slapen. Als je deze show meemaakte, met de uitgekiende lichtshow, de samples en de aankleding van het podium, dan zou je tussen alle pyro’s al wel eens een ei in de broek leggen. Zo intens, zo heavy. Ik ken geen enkele band die dit kan. Groot respect ook voor Nergal, die ondanks een overwonnen kloteziekte, nog steeds het volle pond kan geven. Songs als Blow Your Trumpets Gabriel, Messe Noire, Ben Sahar, The Satanist en Ov Fire and the Void lieten geen spaander heel van het murwgebeukte publiek. De hal werd dan als het ware soms ook herschapen in één grote brandende hellekrocht. Zoals je al hoorde, lag de nadruk dus vooral op het meest recente album The Satanist, maar dat kon mijn pret niet drukken. Behemoth moet je beleven. En minder werk kennen ze ook niet. Winnaar van de editie 2016? Heel fucking zeker!! (JC)
Twisted Sister – Mainstage 2 (23.10 – 00.40)
Voor de allerlaatste keer op Graspop, één van de laatste shows op Vlaamse bodem: Twisted Sister presenteert een fenomenale ‘best of’ set ter ere van zijn Forty and Fuck It-tour. Bijna net zo legendarisch als de allereerste keer op Graspop een paar jaar geleden, al kunnen we ons niet van het gevoel ontdoen dat het allemaal een beetje een verplicht nummertje is geworden. Maar toch is de band, aangevuld door Mike Portnoy ter vervanging van de ondertussen in de eeuwige jachtvelden vertoevende A.J. Pero, een juiste keuze – zo blijkt. Al legt frontman Dee Snider uit dat A.J. Pero himself Mike aanduidde als zijn enige vervanger. Twisted Sister trekt een blik knallers open met alle ‘verplichte’ nummers: Burn In Hell, I Wanna Rock en natuurlijk (het een beetje tot in de treurnis herhaalde) We’re Not Gonna Take It. Als dessertje kregen we de Stones-cover It’s Only Rock ‘n’ Roll en uiteraard S.M.F. voorgeschoteld. Een fijne set zonder meer, met een knallend vuurwerk als waardig afscheid van zowel Twisted Sister als Graspop 2016... veel beter kan je niet wensen. (BVG)
0 reacties