Het was even afkicken zo na Eindhoven Metal Meeting. Mijn blackmetalhart moest het even zonder optredens stellen zo richting het einde van 2017 en kreeg het zwaar te verduren met alle kerstellende. Gelukkig dachten ze in Tilburg met me mee en werd vorig jaar al een mooie agenda in het verschiet gesteld. Op 12 en 13 januari was het tijd voor mini blackmetalfestival Black Ritual in de Little Devil en de twee dagen ervoor verzorgde oppertempel 013 voor een tweedaagse mis voor de zalving van de zwarte ziel met niet de minste bands: Batushka en Watain.
Dat black metal nog steeds zijn wortels in het diepe ondergrondse heeft, mag blijken uit het lijstje met de meer obscure bands die ze ons geregeld voorschotelen in de kleine kroeg van Little Devil. Sommige bands in dit genre zijn die donkere, damp aanvoelende keldertjes en kerkers echter behoorlijk ontgroeid en staan toch wat prominenter in het licht, letterlijk dan, want figuurlijk gezien zijn de twee bands, waar we het hierover hebben, het duister nooit uitgestapt. Batushka (jullie moeten mij mijn gebrek aan cyrillisch toetsenbord maar vergeven) en Watain passen in het lijstje van bands die het blackmetalcredo nog zeer serieus nemen, maar hun boodschap inmiddels aan duizenden kunnen brengen, op grote festival podia, in plaats van aan een handvol verloren zielen in een kroegje of kapel.
Op de woensdag stapte ik in mijn trouwe vierwieler en schoof vol goede moed de nieuwe schijf van Watain in de sleuf. Er luistert wat mij betreft niets lekkerder muziek dan in mijn auto, even wat tijd voor jezelf met geweldig geluid en gebrek aan conversatie. Nondeju! Dat klonk goed. Zoals velen met mij, was ik een beetje de weg kwijt met Watain na de release van de voorganger The Wild Hunt, wat een draak van een plaat was in alle aspecten. Trident Wolf Eclipse vaagt dat dus weg als een nucleaire holocaust. Ik kan er nog veel over kwijt maar dat deed mijn collega Bart van Gestel reeds in zijn recente review (klik hier); doe jezelf een plezier en ga dat lezen. De sfeer was gezet, op naar Batushka.
Door omstandigheden, twee peuters met, naar eigen inzicht variabele bedtijden, kon ik nog net de laatste tonen van opener Trepaneringsritualen, een band zo obscuur dat ik hem op Encyclopaedia Metallum niet eens terug kon vinden. Jammer, maar volgende keer beter dan maar. Ik ben benieuwd wat mensen ervan vonden (comments section below!).
Het tweede voorgerecht met de naam Schammasch, uit Zwitserland, was aan de beurt. Ik was blij verrast met de sfeervolle aankleding van het podium inclusief wat schapen schedels en andere morbide parafenalia. Dat zet de sfeer vast. Geen discolampen en ander geneuzel. De frontman bleek te beschikken over meerdere gaven. Zo kon hij een aardig stukje mee drummen op de twee floor toms voor aan het podium, het geluid raakte je precies in je onderbuik en zette de toon voor de rest van het optreden. Ook kon de goede man van een prima smaak in kleding beticht worden. Hij ging in ieder geval met de trend mee en was gehuld in een prima gewaad plus kap. Ook was de visagieafdeling aan de slag geweest en had hem de handen en gelaat in Zwarte Pieten verf verhuld. Het is weer eens wat anders dan de standaard leather and spikes.
Schammasch was even wennen. Het tempo, het geluid en vooral het ‘spoken word’ in plaats van de meer traditionele screams waren wat te veel van het goede. En het duurde voort. Ik dacht na de eerste twee songs dat het dat wel zou zijn, maar zeker een derde van het optreden was ‘spoken word’-verhalen over muziek. Ik stond op het punt om naar de bar te sjouwen, toen de sound omsloeg en de frontman daadwerkelijk op screams overging en het tempo van de band oppikte en ik daadwerkelijk naar een blackmetalband stond te luisteren. Mijn aandacht werd weer terug richting het podium getrokken en het werd met de minuut beter. De zanger bleek ook nog eens een aardig stukje ritme gitaar te spelen en al headbangend keek ik de rest van de show uit. Dat was nog eens een verrassing. Het klonk uit eindelijk prima, maar het had weinig gescheeld of ik had deze band na twee à drie tracks afgedaan als de van tevoren aangewezen bierdrink/shoarma eetband. Dat was jammer geweest want uiteindelijk was Schammasch prima te pruimen en was ik goed opgewarmd voor Batushka.
Want warm was het zeker. De thermostaat in de Jupiler-zaal van de 013 stond op standje ‘drink meer bier a.u.b.’ en het was flink zweten tegen de tijd dat Batushka het compleet getransformeerde podium betrad. Te veel info? Deal with it! Maar goed, het podium dus. Dat was inmiddels omgetoverd tot een tempel geweid aan de antichrist. Als je sfeer wil, dan zul je sfeer krijgen. Jammer genoeg lukte het de gitarist niet om alle kaarsjes aan te krijgen, maar het mocht de pret niet drukken. Een kaarsje meer of minder doet niets af aan wat deze band brengt; totale onderdompeling in hun performance. Het helpt dan ook echt enorm dat de geluidsman er een van formaat was, want het klonk allemaal om door een ringetje te halen zo zuiver. De sound van de 8-string gitaren klonk heerlijk vol en zweepte het geheel op. De drummer, die voor het oor van het koor achter een plexiwandje mocht spelen, à la Lars Ulrich op S & M, beukte er op los en hield de band op de rails als een voorbij denderende goederentrein. En dan de zang, dat waar deze band dan toch zo bekend om mag staan. Ik ken verder geen enkele band die daadwerkelijk met een drie man sterk koor plus een frontman hun muziek van vocalen voorziet. Waar andere bands pochen een heuse zwarte mis op te dragen op het podium, brengt Batushka dit daadwerkelijk tot leven. Daar kunnen hun landgenoten van Behemoth zelfs nog een puntje aan zuigen.
Ook al heeft Batushka maar een beperkt repertoire van pak hem beet 8 tracks in totaal en versta je er geen zak van, tenzij je, per kans, Russisch of oud Slavisch kent, het optreden pakt je vanaf het eerste moment. De podiumpresentatie is verder erg statisch, net als bij Cult of Fire, die dit kunstje al eerder vertoonden. Waar de Tsjechen het niet echt tot leven kregen, blijken de Polen wel te kunnen boeien. Het is met recht een mis en als je wat onderzoek doet kom je er ook op uit dat elke song daadwerkelijk de structuur en lyriek van een gebed heeft. Wat betreft de inhoud, dat laat zich een beetje te raden over. Enerzijds is het duidelijk een black metal gezelschap en is er sprake van duistere symboliek, anderzijds lijken de vertaling van de teksten ook op klassieke gebeden uit de Oosterse Orthodoxe Kerk en wordt het icoon van Maria met haar bastaard daadwerkelijk vereerd op het altaar. Het is wat verwarrend, maar wel lekker.
De volgende dag was de beurt dan aan een van mijn favorieten: Watain! Lawless Darkness en Casus Luciferi behoren tot vaste waarden in mijn playlists en zijn wat mij betreft klassiekers in het genre. Het was inmiddels alweer even geleden dat ik Zweden, met in de gelederen twee heuse Dissection-muzikanten, aan het werk zag en keek er reikhalzend naar uit. Het eerder genoemde album had mijn interesse in de band opnieuw leven ingeblazen.
Het met drietanden versierde podium stond in lichterlaaie. Danielsson speelde met de vlammen alsof hij een bezweerder was en met mannen als Set Teitan op gitaar weet je zeker dat de boodschap luid en duidelijk overkomt. Al lag dat niet zo zeer aan het geluid in de zaal. De drums klonken wat wollig en er was minder definitie te horen dan de avond ervoor. Het mocht de pret echter niet drukken. Wat echter wel een minder punt was, is dat Watain de kleine zaal van de 013 inmiddels behoorlijk ontgroeid is en ze in Tilburg blijkbaar tickets blijven verkopen ondanks dat de capaciteit ruimschoots overschreden werd. Het was druk en niet een beetje ook. Zo druk dat niet iedereen een plekje kon bemachtigen in de zaal. Gelukkig weet ik me met mijn postuur overal wel doorheen te wringen anders was dit een kort verslag geweest.
De set was een goede mengeling van nieuwe knallers en oude hits, met als hoogtepunten tracks als Malfeitor en The Devil’s Blood. Die laatste werd nog eens extra beladen met de emotionele verwijzing naar vrienden van de Eindhovense band The Devil’s Blood en diens frontman Selim Lemouchi, ‘die nu op een andere reis verder was gegaan.’ Het kon het publiek zeker bekoren.
Het ritueel dat een Watain-show heet raasde voort. Er ging nog een mooie kelk bloed over de gelaten van de voorste paar rijen heen, ik blij dat ik me niet verder naar voren had weten te persen en E. prevelde tijdens zijn optreden nog onverstaanbare gebeden uit over het publiek. Het blijft een sterk overtuigende act. Deze mannen lijken het oprecht niet met christendom te kunnen vinden en dragen dat uit met elke ademhaling. Geen gimmick per se, maar wel allemaal heel mooi verpakt.
Als dan de band vervolgens als encore het door mij innig geliefde The Somberlain van opper band Dissection nog speelt is voor mij de avond een groot succes geweest. Met een goed gevoel en een flinke dosis black metal in het hart ging ik weer de nacht in en huiswaarts.
0 reacties