Een festival zonder de daarbij horende interviews is als een café zonder bier. Het is perfect mogelijk, maar ergens weet je dat er iets schort aan het totaalplaatje. Net daarom stonden er tijdens de zesde editie van Antwerp Metal Fest ook weer een paar interviews op de agenda. Zo had ik het genoegen om het Gentse Carrion het spreekwoordelijke vuur aan de schenen te leggen. Spreekwoordelijk uiteraard, want met deze aanhoudende droogte kan het kleinste vonkje immers een stevig brandje uitlokken.
Hallo heren, hoe gaat het ermee?
Gert Stals: goed! Enorm goed! En vooral afgekoeld, want het was enorm warm. Zeker met die lampen die voortdurend in mijn nek stonden te schijnen. Het leek bij momenten of mijn haar aan het verschroeien was.
Na vijf jaar staan jullie hier terug op Antwerp Metal Fest. Wat doet dit met een mens?
Matthieu Vander Vennet: We voelen ons enorm trots en in zekere zin ook opgelucht. Vijf jaar geleden mochten we hier aantreden als winnaars van de juryprijs tijdens de toenmalige AMF Contest en nu mogen we hier gewoon opnieuw volledig ons ding doen. Bob Van Gorp, een van de drijvende krachten achter Antwerp Metal Fest, is een enorm grote fan van ons en vorig jaar wist hij mij al te vertellen dat Carrion met stip op zijn lijstje voor deze editie stond. Dat geeft een enorm trots gevoel en vormt ook een soort bevestiging van het feit dat we effectief wel goed bezig zijn. Geboekt worden op een mooi uur op zo een mooi festival als Antwerp Metal Fest is eigenlijk hetgeen waar we als band altijd al van droomden. Een cliché, maar zo is het wel.
Ik zag Carrion in maart van dit jaar aan het werk op Metal Attack Fest in Kavka. Hoe blikken jullie daar op terug?
Gert: dat was mijn allereerste show achter de drumkit voor Carrion (drummer Gert Stals maakt sinds kort deel uit van Carrion, nadat Jannick Govaert het schip begin dit jaar verliet om zich volledig toe te kunnen wijden aan zijn andere band, Reject The Sickness). Het was een enorm toffe show. Het publiek was enorm enthousiast en ging volledig mee in onze show. We waren goed voorbereid als band. Natuurlijk ging er wel wat stress mee gepaard, maar dat viel al bij al nog vrij goed mee. Ik had het erger verwacht.
Jan Van den Berghe: het was vooral ‘wijs’ dat de eerste show met Gert direct zo vlot verliep en dat we met volle overtuiging kunnen zeggen dat de show op Metal Attack Fest een voltreffer was!
Hoe valt Antwerp Metal Fest anno 2018 te vergelijken met vijf jaar terug?
Jan: we zijn bijna elk jaar afgezakt naar Antwerp Metal Fest en we hebben dit festival met het jaar sterker, groter en professioneler zien worden. Vijf jaar geleden stonden we nog in het bijgebouw van het Bouckenborgh Park, want toen was er nog geen sprake van een Marquee en ook toen ging het dak er volledig af. Van bij de eerste editie was het er voor ons direct ‘boenk’ op. Het was toen voor Carrion oprecht de mooiste dag van het jaar. Het festival is echt op een mooie manier aan het groeien.
Gert: wat ook vooral een groot pluspunt is aan dit festival is het feit dat de backstage als het ware een paradijs is. Als band kan je daar rustig vertoeven en de organisatie soigneert de bands stuk voor stuk. Vooral de barbeque is echt om duimen en vingers vanaf te likken. Drank à volonté, een zwembadje om wat af te koelen en lekker eten. Wat moet een muzikant nog meer hebben…
Jullie nieuwe plaat, Time To Suffer, ligt ondertussen enkele weken in de rekken. Hoe verliepen de eerste weken na de release?
Jan: echt ‘wree’ tof! We hebben eerst gespeeld in de Elpee in Deinze voor de officiële release van de nieuwe plaat. Die show was echt een succes: het was gezellig, knus en we hebben toen enorm veel merchandise verkocht. Vanaf dan loopt het enorm vlot: de cd’s raken goed verspreid en gaan vlot over de toonbank, mensen reageren enthousiast en de nodige publiciteit wordt ook niet vergeten uiteraard.
Gert: de show met Suffocation mogen we natuurlijk ook niet vergeten, ook al vond die eigenlijk plaats voor de officiële release van Time To Suffer, want spelen met absolute grootheden als Suffocation was echt een onvergetelijke ervaring.
Vertel eens wat meer over de show met Suffocation, want het hele concept van dat optreden mag toch bestempeld worden als ‘uniek’.
Jan: onze manager, Lika Bosch, van Grimm Gent en Jeugdhuis Asgaard is er in geslaagd om een samenwerking op poten te zetten met Zware Metalen en Shades Of Black en vervolgens werd ons gevraagd of we het zagen zitten om te spelen in het voorprogramma van Suffocation.
Gert: Jeugdhuis Asgaard ligt dan ook nog eens op tien minuten van mijn huis, dus van enige twijfel was er absoluut geen sprake. Integendeel!
Matthieu: en dan backstage nog wat verbroederen met Terrance Hobbs, de gitarist van Suffocation. Dan kan je gerust spreken van een onvergetelijke ervaring.
Jan: ik vind het nog altijd gestoord dat een band als Suffocation in een veel te kleine zaal in Sint-Amandsberg gratis wil komen spelen. Het is te maf voor woorden. Het moet zijn dat die mannen zwemmen in het geld of dat sommige nonkels blijkbaar veel suiker moeten hebben.
Waar hebben jullie voor deze plaat de spreekwoordelijke mosterd gehaald qua invloeden?
Matthieu: groove staat bij ons toch altijd centraal, al dient gezegd te worden dat op de nieuwe plaat toch net iets minder groove te bespeuren valt dan op ons debuut, Revelations.
Jan: de eerste twee nummers na de intro hebben wat meer Aborted-invloeden, maar de rest neigt dan weer wat meer naar Lamb Of God. De invloeden komen eigenlijk wat van overal, omdat onze muzieksmaak ruimer is dan death metal alleen. De invloeden komen en gaan en af en toe blijft er dan eens eentje ‘plakken’. We hebben wel wat gekeken qua sound naar een band als Misery Index, maar voor de rest is het nu toch meer onze eigen stijl dan voordien. Time To Suffer is echt ons ‘schijfke’.
Valt het bandleven goed te combineren met het familiale aspect?
Gert: Ik denk dat het voor Jan nog het moeilijkste van al is om eerlijk te zijn. Hij is de enigste van ons die ondertussen vader is.
Jan: op zich valt het wel goed mee. we proberen een keer in de week te repeteren. Dat is op zich wel genoeg om voor optredens goed voorbereid te zijn. Het is zeker te combineren. We zijn ook geen band die uren gaat jammen. Repetities zijn puur functioneel om toe te werken naar de shows.
Gert: als er bijvoorbeeld een maand geen show op de agenda staat, gaan we eerst twee weken wachten om dan opnieuw de koppen bij elkaar te steken om enkele uurtjes samen te repeteren. Het is en blijft natuurlijk een hobby en in een hobby moet tijd gestoken worden. En vaak ook geld. In ons geval veel geld.
Matthieu: je moet elkaar ook de nodige ruimte kunnen geven. Met onze vorige drummer Jannick, die ook bij Reject The Sickness aan de slag is, kwamen we sowieso al minder bijeen. Nu Gert deelt uitmaakt van Carrion hebben we dat stramien eigenlijk zo behouden.
Wat heeft de toekomst allemaal nog in de aanbieding voor Carrion?
Matthieu: tijdens de Gentse Feesten treden we op in de Kinky Star samen met Dead End en Predatoria. Dat is op maandag 16 juli om precies te zijn en daarna vertrekken we naar Metal Days in Slovenië samen met Grimm Gent om daar de affiche te delen met Cannibal Corpse en Sisters Of Suffocation.
Jan: in december staan we ook in de Magasin 4 in Brussel. Persoonlijk zal ik daar niet bij kunnen zijn door mijn blessure, maar het is absoluut iets om als band naar uit te kijken.
Met welke bands willen jullie ooit nog eens op de affiche staan?
Gert: met Cannibal Corpse, maar dat staat te gebeuren de komende weken. Suffocation hebben we ook kunnen afvinken, dus blijft er voor mij nog maar een band over en dat is Nile. Eigenlijk hadden we dus beter gisteren hier opgetreden.
Jan: goh, een keer met Bloodbath of Lamb Of God. Toch wel twee bands waar ik enorm naar opkijk.
Mag ik tenslotte nog vragen wat er met jouw hand gebeurd is, Jan? Want zoals iedereen daarnet heeft kunnen zien, stond niet jij op het podium, maar wel een vervangend gitarist Collin Boone, die het trouwens prima gedaan heeft.
Jan: ik heb een vrij zwaar werkongeval gehad, waarbij mijn hand dus redelijk zwaar geraakt is. Normaal zal alles wel vrij goed herstellen, maar het zal zijn tijd nodig hebben. Ik hoop zo snel mogelijk aan de revalidatie te kunnen beginnen, maar het zal sowieso een kwestie van maanden worden.
Hartelijk dank voor jullie tijd en ik wens u alvast een spoedig herstel toe, Jan!
0 reacties