[smart_review]
We laten de heer Patrón zijn project heel even zelf voorstellen:
Patrón zou wel eens de promodrale soundtrack van de volgende Robert Rodriguez-film kunnen zijn. Moest deze zijn setting in een post-apocalyptisch en helemaal gedegenereerd Las vegas zijn, waarbij de enige kans op overleven Barry Whites verrijzenis is.
Hmm, klinkt veelbelovend.
Lo (Loading Data) is er in geslaagd om voor zijn nieuw project, Patrón, een rist mooie namen bij elkaar te brengen. De productie lag in de handen van niemand minder dan Alain Johannes (Queens of the Stone Age, Them Crooked Vultures,…); Joey Castillo (Danzig, QOTSA), Barrett Martin (Screaming Trees), Nick Oliveri (ex-Kyuss, ex-QOTSA, Mondo Generator), Aurélien Barbolosi (Aston Villa) en Monique St Walker (Blackbird Days) hebben allemaal met veel plezier meegewerkt aan dit album.
Hola, nu wordt het wel heel interessant.
Het album opent gelijk met een oorwurm van jewelste: Room With a View. Een relatief simpel gitaarriedeltje, dat de hele track zichzelf herhaalt, overgoten met een grommende stonersaus. Als Lo vocaalgewijs invalt met zijn zware basstem, begrijpen we meteen waar ze de referentie naar Barry White vandaan halen. Dit nummer heeft een geweldige opbouw naar een ietwat ingetogen climax terwijl het riedeltje steeds zijn eigen ding blijft doen; eigenwijs, maar uiterst effectief.
Daarna is het dansen geblazen met het poppy stonerdriven nummer Who Do You Dance For. Bij dit nummer zal elke de-maat-niet-respecterende-dansvloervuller zich daar sexy as fuck voelen. Toch voor de volle drie minuten. Iedereen verdient zijn moment of fame.
Daarna zijn we aangekomen aan John Spencer Blues Explosion-gedeelte van de plaat met Very Bad Boy en zijn prachtig verplicht meezingbaar refrein, Jump in the Fire (die naar het einde toe een muzikale transformatie ondergaat en dan eerder naar Grandaddy neigt).
Afwisseling alom dus, met als constante catchyness. Het is straf dat zowat elk nummer op deze plaat gelijk in je hoofd blijft steken. Zelfs het galopperende The Maker en het eveneens met de Far West flirtende Seventeen zijn welgekomen afwisselingen op het stonerthema van het gros van de plaat. Naar het einde toe staan er misschien enkele minder opvallende tracks (doch nog steeds heel sterk), maar tegen dan ben je reeds helemaal verknocht aan dit kleinood.
Ik voel de apocalyps niet, in tegendeel: dit is de feel good-plaat van het jaar. En dat is al heel wat in deze donkere tijden.
0 reacties